Dag 1:
Voor de veiligheid en om hem zijn eerste energie wat kwijt te laten raken gaat ze de hengst eerst netjes en vanuit de rust longeren. Ze begint zonder bijzet, maar al snel pakt ze het bijzettouwtje erbij om te zorgen dat hij niet dat macho gedrag blijft vertonen met zijn neus in de wind. Het longeren gebeurt op een rustige plek in een voldoende aangeleunde cirkel. Toch heeft het dier nog moeite met zijn concentratie en kijkt te veel om zich heen.
Na een tijdje begint hij zich meer te geven. Hij legt de hals steeds meer uit, begint te briesen en te schuimen om de mond. (Als het schuim is wit en vlokkerig is, weten we dat het paard ‘lekker’ in de mond is. Is het slijmerig en slierterig, dan is het tegendeel het geval). Het oortje is nu rustig en naar voren, hij is veel minder afgeleid en er is nu duidelijk vertrouwen.
Het opstijgen is nog een kwetsbaar moment. Daarom doet ze dat in een hoek van de manege. Ze laat zich helpen door iemand die het paard even vasthoudt. Ze ploft niet in het zadel, maar gaat rustig zitten. Daarna doet ze het been weer terug over het zadel, blijft op de linker beugel even staan, om daarna weer zacht in het zadel te gaan zitten. Zo went het paard aan de bewegingen die horen bij het opstijgen. Na een paar minuten rustig rondstappen en een gecontroleerde drafsessie is er zelfs zo veel vertrouwen dat ze zonder risico een klein galopje kan maken. Even dreigt hij weer op macho gedrag over te gaan, maar de amazone negeert dat. Ze blijft rustig en de spanning verdwijnt.
Het paard laat zich zo gewillig bewerken dat er rustig een galopje gemaakt kan worden.
Dag 2:
Deze dag is er alleen een lichte hersteltraining. Deze jonge paarden zouden niet vaker dan om de dag gereden moeten worden, zodat ze steeds voldoende kunnen herstellen.
Dag 3:
Voor het opstijgen laat de amazone eerst het paard vrij bewegen door de halve baan. Het paard heeft daarbij iets meer vrijheid en ruimte dan bij het longeren. Zo kan hij zijn overtollige energie gemakkelijk op een gecontroleerde manier nog even kwijt. Een minuut of 15 stappen, draven en galopperen links- en rechtsom is genoeg.
Omdat ze het paard en ook zichzelf, door het longeren en vrij bewegen het vertrouwen heeft gegeven, heeft ze zichzelf een half uur stoeien met dit jonge dier bespaard. In dat geval zou de veiligheid zeker niet gegarandeerd zijn geweest. Ze heeft dit bereikt zonder kracht en handige trucjes, maar vanuit ontspanning. Daardoor kon ze eerder tot rijden komen dan wanneer ze iets geforceerd had.
www.lammert-haanstra.nl
www.facebook.com/lammerthaanstravof
Meer weten over het correct longeren van je paard? Bestel dan hier het boek ‘Trainen tot een goed gaand paard’.